Willem Vermandere — Den Tjoolder

    	    	Вступление

BPM:      104
Released: 4 Mar 1973
Album:    Vier


Note:     * after chord means strike chord once and let it ring.


Capo: 1 fret


[Intro]
Am
Am


[Verse 1]
 Am                                  Dm
'k Heb endlijk vele getjoold in mijn leven,
Am                                  C     G
En nauwers niet meer dan wat uren gebleven,
                              C     C7
Juste genoeg voor wat simpele dingen,
                                F       F
Lijk eten en drinken en liedjes zingen.


[Chorus 1]
F
Ja 'k mag het zeggen 'k heb vele getjoold,
   Bb          F                      C
En meer dan ne keer zelfs hopeloos verdoold,
          Dm*                 A*
Verre van thuis van vrouwe en kind,
                   A7*              Dm*     Dm Am
in 't holst van de nacht in weer en wind.


[Verse 2]
Am                                         Dm
En de wind in joen haar zo loop je door ’t land,
Am                                             C     G
En de mensen langs de strate ze wijzen met hun hand,
                               G7           C     C7
En 't deurt al nie lange of 't weet heel de stad,
                                            F   F
Zie me daar lopen ne nest jongens achter me gat.


[Chorus 2]
F
Wie kan er mij zeggen langs waar dat ik moet gaan,
     Bb        F                         C
Waar weunen de mensen die mij willen verstaan,
                     Dm*                      A*
Wie heeft er op zijn zolder nog een oud eksterment,
                A7*                         Dm*     Dm Am
Wie speelt er viool en is 't zingen niet ontwend.


[Verse 3]
Am                                   Dm
Wie heeft er genoeg van zijn welvaartstaat,
Am                                           C     G
Met zijn stank en plastiek die nooit meer vergaat,
                        G7          C     C7
De peerden en koeien kreveren in de wei,
                                      F   F
En als 't nie rap betert de vis in de zee.


[Chorus 3]
F                                     C7    F
Maar we verdienen onzen boterham heel dik gesmeerd,
        Bb          F                             C
Maar de boter is te zwaar, ze geraakt moeilijk verteerd,
                        Dm*                A*
Nog nooit hadden we een huis zo proper opgedaan,
                   A7*                    Dm*     Dm Am
En toch zijn we betinteld om op voyage te gaan.


[Verse 4]
Am                                     Dm
We krijgen heel ons leven de pap in de mond,
Am                                       C     G
En als we doodgaan een sjieke kist in de grond,
                          G7          C     C7
Iedern dag is geregeld perfect g'arrangeerd,
                                   F   F
't Stond op papier al lange geformuleerd.


[Chorus 4]
F                        C7       F
In dikke boeken staan de wetten gesteld,
   Bb            F                         C
En luistert maar goed wat meneer paster vertelt,
             Dm*                           A*
Houd goed uw pasen en 's nachts je deur op slot,
           A7*                   Dm*     Dm Am
Zo leef je veilig in d'armen van god.


[Interlude]
Am  Dm
Am  C G
G  C C7  F F


[Outro]
F                               C7     F
Maar 'k zoeke mijn weg langs 'n andere kant,
      Bb       F                       C
En 'k tjole al zingend deur 't vreemde land,
                Dm*               A*
En 't doet soms zeer om allene te gaan,
                       A7*                       Dm*     Dm
Ach zijn der hier geen mensen die mijn liedje verstaan ?
Dm